‘Ik voelde me geleefd door de behandelingen. Tot ik besloot te sporten’
‘Ik voelde me geleefd door de behandelingen. Tot ik besloot te sporten’
De poging om iets aan zijn conditie te doen voor de operatie, pakt voor Hilbrand Druiven verrassend uit. Maar vanzelf gaat het nog altijd niet.
‘Ik ben een wandelaar. Ik geniet van het buitenzijn in de natuur en houd ervan om nieuwe plekken te ontdekken. Daarbij hebben mijn vriendin en ik in de rust van een wandeling de beste gesprekken. Daags voor mijn operatie liepen we nog een lange tocht over de Utrechtse Heuvelrug. Hoe anders was het toen ik na bijna 2 weken ziekenhuis weer thuiskwam. Een rondje van 300 meter om het plantsoen kostte me meer energie dan de tochten van minstens 20 kilometer die we altijd maakten.
Begin 2019 bleek ik een kwaadaardige tumor in mijn endeldarm te hebben. De oorzaak waren de tientallen poliepen in mijn spijsverteringskanaal die door polyposis ontstaan waren. Het was een onzekere tijd waarin ik in een riedel van onderzoeken en bestralingen terecht kwam. Waarin ik kampte met onrust en veel vragen: ‘Wat betekent een stoma?’, ‘Wat kan ik na de operatie eigenlijk wel en niet?’ Ik had het gevoel dat ik werd geleefd en voelde weinig controle over het traject dat voor me lag. Totdat ik besloot meer te gaan sporten.
‘Topsporters herstellen beter en sneller, wist ik. Ik was verre van in topvorm en wat extra beweging zou me geen windeieren leggen, hield ik mezelf voor’
Topsporters herstellen beter en sneller, wist ik. Ik was verre van in topvorm en wat extra beweging zou me geen windeieren leggen, hield ik mezelf voor. Maar het gaf me zoveel méér dan ik had bedacht. Niet alleen voelde ik me fysiek steeds sterker, sporten bleek een baken van rust tijdens het behandeltraject. Een moment waarop ik ‘gewoon’ even met mezelf bezig was. Een moment waarop alle vragen automatisch naar de achtergrond verdwenen, bijvoorbeeld als ik me focuste op de beste route naar boven op de klimwand, of tijdens het tellen van het aantal herhalingen bij krachttraining. En dan de trots na afloop: ‘Zo, dat heb ik maar mooi gedaan!’
Na de operatie bleef ik sporten. Om zo snel mogelijk letterlijk weer op de been te zijn, en daarbij kreeg ik hulp van een oncologisch fysiotherapeut. Hij wist precies wat en niet kan zo kort na de operatie. Maar ik sportte vooral óók als momentje voor mezelf waarin ik gewoon lekker aan het bewegen was. Niet dat dat altijd even makkelijk ging hoor. Als je laag in je energie zit, is de drempel om in beweging te komen best hoog. Dat merk ik nu nog steeds.
En net als toen, helpt het me nog steeds om die gigantische stap terug te brengen naar het kleinste stapje dat ik kan zetten. Als ik me moe voel en alles een opgave is, vertel ik mezelf dat mijn sportkleren aantrekken een ministap is die weinig energie kost. En ik kan je vertellen dat het mij nog nooit is gebeurd dat ik me na het omkleden niet óók ben gaan bewegen. Het voelt toch een beetje gek als je daarna in je sportoutfit op de bank gaat chillen.
‘Bovendien weet ik één ding zeker: na het sporten voel ik me altijd beter dan ervoor’
Tekst: Marlies Jansen – Fotografie: Ruben Klop – Joris Aben